Hoofdstuk 1.4-1.7

Kruiswoordraadsel

Klik op een nummer, vul bovenaan het begrip in, druk op Enter. Als je alle begrippen hebt ingevuld druk je op Check. De foutieve antwoorden worden verwijderd.
   1         2                 
                         
3                      4      5   
                   6        
 7                          
8          9                   
                         
    10                       
                 11          
    12                       
                13           
 14                          
              15       16        
      17          18             
     19                      
                         
                20           
             21              
   22                        
                         
    23                       
                         
     24                      

Horizontaal:

1. Het efficiënt en effectief verzamelen en transporteren van producten en verpakkingen om ze te hergebruiken.
3. De locatie van waaruit een organisatie haar goederen ontvangt, opslaat, verdeelt en vervoert naar andere locaties.
6. Extra diensten die een logistiek bedrijf kan toevoegen (afkorting).
8. Bedrijf dat afgedankte elektro-apparaten reycleert.
9. Motieven om aan retourlogistiek te doen, om zo weinig mogelijk effect te hebben op de leefomgeving.
10. Fysieke handeling waar iemand goed in is, nodig voor bepaalde functies.
11. Laden van meerdere zendingen met dezelfde bestemming.
12. Het wegtransport voor bederfbare goederen of dringende zendingen. De goederen worden niet opgeslagen maar zo snel mogelijk verdeeld.
13. Een logistiek beroep: plant o.a. het transport.
14. Via dit principe probeert men de levering en de productie op elkaar af te stemmen.
18. Flexibel zijn en zelfstandig werken zijn beide een ... van een logistiek medewerker.
19. Nakijken, controleren; een taak die een logistiek medewerker veelvuldig doet.
21. ... geeft gebruikte batterijen een nieuw leven.
22. Crossdocking is een techniek voor het wegtransport van .... goederen die niet opgeslagen worden maar zo snel mogelijk moeten verdeeld zijn.
23. Deze persoon sorteert de binnenkomende goederen: een logistiek ...
24. Verdeling van de goederen naar de klant.

Verticaal:

2. Logistiek waarbij de goederen telkens van transportmiddelen veranderen.
4. Een magazijn waar goederen worden opgeslagen van meerdere fabrikanten.
5. Een attitude van een logistiek medewerker.
7. Zowel de Europese als de Belgische wetgeving verplichten bedrijven om afval en producten op te halen, te sorteren, te reclyceren, dit is een ... motief.
15. Deze persoon zal beslissen over de aankoop van een nieuwe heftruck: de logistieke ...
16. Een warehouse waarvan verschillende klanten gebruikmaken is een .. warehouse.
17. Deze persoon zal het verlof regelen van de logistieke medewerkers: de logistieke ...
20. Extra logistieke diensten die men kan aanbieden als logistiek bedrijf zoals voorraadbeheer (afkorting).